Tekstversie

U bevindt zich hier:

Geloofsopbouw

Streuper&Streuper

Prikkels

Discussie

Zoeken naar:

Algemeen:

Startpagina

Geen plaats, wel verbazing

Simon Streuper



Voor de Schepper van het heelal, die in de kerstnacht werd geboren , was er geen plaats in de herberg. Jozef en Maria werden verwezen naar een stal. Voor hen geen plaats. Dus ook voor het Kind dat Maria zou baren geen plaats.
Later (Matth.8:20) komt een schriftgeleerde tot Jezus en zegt: Meester, ik zal u volgen, waar u ook heengaat. Jezus waarschuwt hem: De vossen hebben holen en de vogelen van de hemel nesten, maar de zoon des mensen heeft geen plaats om het hoofd neer te leggen. Dus, alweer geen plaats. Niet voor Hem!
Toch kwam er aan het eind van Zijn leven nog een plaats ter beschikking. Een unieke plek, waar Hij zijn hoofd kon neerleggen. Straks kom ik daar op terug. Eerst dit:

De laatste jaren is ons het gedrag opgevallen van kinderen en jonge mensen in de samenkomsten. Het enthousiasme waarmee zij deelnemen aan de lofzang en hun volle aandacht tijdens de prediking van het Woord, is iets waar we altijd met veel genoegen naar kijken. Mét David bidden wij dan: ‘Houdt deze gezindheid in het hart van uw volk voor altijd in stand, en richt hun hart op U … en geef hen een volkomen toegewijd hart… (1 Kron.22:18)”. Kennelijk hebben zij al iets ontdekt van de heerlijkheid en aantrekkelijkheid van de Heer Jezus. Net als de bruid uit het Hooglied die haar verlangen uitzingt met de woorden: trek mij achter u mee…(1vs4). Dat gebeurt dan toch maar in een rauwe meedogenloze wereld die vol is van gevaarlijke reuzen die azen op de zielen van onze jongeren. Deze onverlaten zouden hen graag te grazen nemen en in de boeien van alle mogelijke vleselijke begeerten slaan. Maar, gelukkig, zij hebben geen schijn van kans hen achter de Heer Jezus weg te trekken, zolang zij maar naar Hem zullen blijven kijken. Want zolang zij dit blijven doen, zullen zij voortdurend door het werk van de Heilige Geest, die in hen woont, innerlijk naar Christus’ beeld worden omgevormd. Zij zullen, wanneer zij daarin blijven volharden, nooit genoeg van Hem krijgen! Hij is een onuitputtelijke bron van blijdschap. En vergeet het niet: er is nog oneindig veel meer van Hem te ontdekken. Hoe oud je ook wordt, je blijft je telkens opnieuw over Hem verbazen! Echt waar!

Je verbazing kan al beginnen in de stal van Bethlehem, waar de herders zich hun ogen hebben uitgekeken. Daar, in die stal, ligt ook jouw Immanuël. Zijn naam betekent betekent: ‘God is met ons’. Ook met jou persoonlijk. Lees over Hem in Gods Woord. Er is geen bladzijde in de Bijbel waar je Hem niet tegenkomt. Wanneer je, bijvoorbeeld, de eerste bladzijde van het boek Genesis naast het evangelie naar Johannes legt, val je van de ene verbazing in de andere. Hij die In Genesis 1 het licht laat schijnen in een duistere chaotische wereld is Dezelfde die in het Johannes evangelie als het waarachtige licht, dat in de wereld komt, ieder mens wil verlichten. Vergelijk Genesis met Johannes ( en het hele N.T.) en zoek dan de vele parallellen op. Probeer ze zelf te ontdekken en je zult versteld staan. Hij werd als baby geboren om de schepping die God verloor door de schuld van Adam en Eva, terug te brengen onder de heerschappij van God. Maar ook om alle schuldige mensen, als ze dat willen, een plaats te geven in de nieuwe hemel en op de nieuwe aarde. De heerlijkheid daarvan zal het eerste paradijs ver overtreffen. En dan te bedenken dat er voor Hem géén plaats in de herberg was. Drieëndertig jaar later bleek, dat de wereld Hem hooguit enige vierkante decimeters grond gunde. Daarop hebben wij voor Hem een kruis gezet waaraan we Hem vastspijkerden. Wij mensen hadden Geen plaats voor Hem. Nergens! Hij wel voor ons!!!

Ik heb aan het begin gezegd dat er toch ook nog een ander plek is waar de Heer Jezus zijn hoofd kon neerleggen. Ik ga nu verklappen waar dat is. Het is een beetje moeilijk te vinden omdat je er zo gemakkelijk overheen leest. Maar hetzelfde griekse woord, dat in het bovenaangehaalde citaat uit Mattheüs 8:20 is vertaald met ‘(mijn hoofd) neerleggen’ is in het evangelie naar Johannes (19vs30) vertaald met ‘boog (zijn hoofd)’. Daar lees je de volgende woorden: ‘Toen Jezus dan de zure wijn had genomen, zei Hij: Het is volbracht! En Hij boog (of: legde) zijn hoofd (neer) en gaf zijn geest over’. Pas toén, na het volbrengen van het verzoeningswerk, toen Hij de weg tussen de kribbe in de stal van Bethlehem en het kruis, waar Hij geen plaats vond om zijn hoofd neer te leggen, had afgelegd, en het bittere kruislijden voorbij was, vond Hij Zijn plek waar het Hem vergund was Zijn hoofd neer te leggen…Kijk, daarvan valt mijn mond nu open van verbazing en verwondering. Ik val stil. Kom woorden tekort...!

Deze gebeurtenis markeert het einde van de weg die de Man van smarten moest afleggen om plaats te bereiden voor hen die Hem geen voet ruimte gunden. Laten, wie Hem lief hebben, de deuren van hun hart wagenwijd voor Hem open gooien. Acht alles wat het leren kennen van Christus in de weg staat, schade en vuilnis, want de kennis van Christus, jouw Heer, gaat al het andere te boven. Je zult dan ten volle in staat zijn om met alle heiligen te begrijpen wat de breedte, lengte, hoogte en diepte is, en te kennen de liefde van Christus, die de kennis te boven gaat, opdat jij vervuld wordt tot de hele volheid van God.
Het kruis is niet het einde van het verhaal van het kind in de kribbe. Het is pas het begin van een nimmer eindigende triomftocht van de Koning der koningen die spoedig door de poort van het nieuwe Jeruzalem, de stad van God, die uit de hemel neerdaalt, binnen zal rijden. Daar zul je met Hem heersen tot in alle eeuwigheid.
Met het Woord van God in je hand en in je hart, kun je elke dag van je leven, maar ook na dit leven, die reis volgen en mee beleven. Verbaas je over je Heiland elke dag van je leven.

Reist u, reis jij mee?
Doe als Rebekka (Genesis 24) die getooid met de kostbare sieraden uit de schatkamer van haar aanstaande bruidegom, de knecht van Abraham door de woestijn volgde, om Izaak, die vol verwachting naar haar uitkeek, eindelijk te ontmoeten. Toen zij de kostbaarheden had gezien van haar a.s. bruidegom, die zij nog nooit had gezien, maakte zij de beslissende keuze: ‘ik zal trekken!’ Laat je door Gods Geest naar Christus brengen.
Voegt u, voeg jij je ook bij het gezelschap dat op weg is naar de bruiloft van het Lam, dat zijn aardse loopbaan in de stal van Bethlehem begon. Draag je bruiloftskleed, met de kostbare sieraden uit de schatkamers van God, waarmee de Heilige Geest je tooide. En zing, uit de diepste grond van je hart, met de bruid uit het Hooglied mee, terwijl je luistert naar de stem van jouw bruidegom:

Trek mij (vraagt de bruid) achter u mee, laten wij ons spoeden. De koning voerde mij naar zijn vertrekken (Hgl.1:4)… (En daarna in Hgl. 8:5-7)
Wie trekt daar op uit de woestijn, leunend op haar Geliefde? - onder de appelboom wekte ik u, daar ontving u uw moeder, daar ontving zij, die u baarde - (vgl. 1Petr.1:3)
Leg mij ( zegt de bruidegom) als een zegel aan uw hart, als een zegel aan uw arm. Want sterk als de dood is de liefde, onverbiddelijk als het rijk van de doden de hartstocht, haar vlammen zijn vuurvlammen, een vuurgloed des Heren. Vele wateren kunnen de liefde niet blussen en rivieren spoelen haar niet weg. Al bood iemand alles wat hij bezit voor de liefde, smadelijk zou men hem afwijzen.



00001494