ND 30 november 2010 ds. Rob Visser
… De gereformeerd-vrijgemaakte predikant Johan van der Hoeven bepleitte onlangs in deze krant het naast elkaar laten bestaan van kinderdoop en volwassendoop. Tegelijk houdt hij vast aan zijn handtekening onder de Drie Formulieren van Eenheid. Kan dat eigenlijk wel? Ik ga nu niet in op de discussie over doop en overdoop. Collega Verbree heeft dit al gedaan in de krant van 24 november. Het gaat mij om het Ondertekeningsformulier. Als ambtsdragers in de Gereformeerde Kerken zetten we onze handtekening onder meer onder het volgende: ‘Wij [...] verklaren hierbij [...] dat wij er hartelijk van overtuigd zijn dat de leer van de drie formulieren van eenheid [...] in alle delen geheel met Gods Woord overeenstemt. Wij beloven daarom dat wij [...] deze leer met toewijding zullen onderwijzen en trouw verdedigen en elke dwaling, die daarmee in strijd is, zullen afwijzen.’ Toen ik mijn handtekening zette, heb ik voor de ogen van God de belofte afgelegd dat ik ervan overtuigd ben dat wat we in de Drie Formulieren van Eenheid belijden, volledig spoort met wat de heilige Geest ons in de Bijbel leert. Dat betekent dat ik mij in de uitoefening van mijn ambt daar ook aan zal houden. De gemeente en de kerken die ik dien, mogen daar dan ook volledig op vertrouwen. We kunnen – als het goed is – op elkaar aan in de kerk van Christus. Het is Christus zelf die gezegd heeft: ‘Laat uw ja ja zijn.’ Als het dan op het punt van de kinderdoop aankomt, hebben we in de Heidelbergse Catechismus ook nog een heel opmerkelijke formulering: ‘Moeten de kleine kinderen gedoopt worden?’, luidt de vraag. ‘Ja, want de kinderen horen evengoed als de volwassenen bij Gods verbond en bij zijn gemeente.’ Ook dat moeten is deel van de belijdenis waarmee we met onze handtekening uitgesproken hebben dat dit in de lijn van Gods eigen Woord is.
Het tekenen van het Ondertekeningsformulier betekent ook dat ik iets met deze belofte moet doen. Een ondertekening vanuit de voorkeur voor bepaalde theologische overtuigingen, is te weinig. Het is een belofte aan de HERE en Zijn gemeente dat je die leer, omdat die overeenstemt met Gods eigen Woord, zult uitdragen en verdedigen. En ook dat wat daarmee in strijd komt, door jou als kerkelijk ambtsdrager – natuurlijk met liefde voor de ander – zult weerleggen met de woorden van God zelf. Als we dat niet doen, dan zetten we de beloofde eenheid onder elkaar op het spel. Betrouwbaarheid komt hier heel nauw. < Rob Visser • predikant van de GKv Dronten-Noord nd.nl/opinie
|