Rusten in Gods woorden


Rusten in Gods woorden

Wanneer Mozes niet in de bres gesprongen was voor de ondankbare en alsmaar mopperende
Israëlieten, die niet luisterden naar de stem van de Heer en Gods woorden niet geloofden, dan waren ze nooit van hun leven het beloofde land van de rust binnengegaan. Trouwens, allen die uit Egypte waren vertrokken, zijn allemaal in de woestijn omgekomen en hebben het land nooit bereikt. Hoe zit dat met ons? Hebben wij, in geestelijk opzicht, al bezit genomen van het land van de rust? En zo ja, aan wie hebben wij dat te danken? En zo nee, hoe komt het dan dat we daar nog niet gevestigd zijn? Of moeten we aannemen dat het land van de rust alleen maar in het hiernamaals te vinden is; de rust die uiteindelijk overblijft voor het volk van God, maar in deze wereld tevergeefs wordt gezocht?

Lees je Bijbel
De Bijbel is Gods Woord. Wat betekent dat voor ons dagelijks leven? Verstaan wij wat we lezen? Wat doet het met ons?
Ten tijde van het Oude Testament waren er mensen die dagelijks `de Bijbel' lazen, zonder tekst. Ik denk aan Henoch van wie we lezen dat hij met God wandelde. Op de een of andere manier nam hij er rustig de tijd voor om een 'wandeling' met God te maken. Rustig bijbellezen is het moderne middel om in navolging van Henoch met God te `wandelen'. Tenminste... wanneer de woorden die we lezen ons diepste wezen bereiken, ons hart. En wanneer we de intentie hebben Gods woorden in ons hart te bewaren om Gods doel met ons persoonlijk leven te bereiken. Dat zal tot gevolg hebben dat we oog krijgen voor de rijkdommen die in die woorden verborgen zijn en acht geven op Gods weg in ons leven en we ons in Hem zullen verblijden (vgl. Ps 119:9-16).
Communiceren met God garandeert meer dan blijdschap, namelijk: volkomen blijdschap Joh15:1 1v).

Bijbellezer, omgang met God Zelf
Het lezen van een boek oefent invloed uit op je geest omdat het boek een geesteskind is van de schrijver. Dit geldt uiteraard heel bijzonder voor de woorden van God die op schrift gesteld zijn. Via het geschrevene leer je de schrijver kennen. Zijn gedachten, zijn gevoelens, zijn hart. Gods woorden vormen het venster naar zijn innerlijk. God is openhartig en wil Zich openbaren aan ieder die maar wil. Hij heeft ons daartoe zijn Geest geschonken. Die Geest kent Gods innerlijk en wil ons daarmee bekendmaken (1Ko2:1 l).
Daarom is het ook nodig het onderwijs uit Gods Woord biddend te ondergaan. Door het lezen en luisteren spreekt God tot ons. Door te danken voor het inzicht dat we daardoor hebben ontvangen, en te bidden om wijsheid om het geleerde te doen, spreken wij tot God.
Zo mogen wij te midden van alle onrust rust vinden bij onze hemelse Vader.
Wie dit nalaat, zal het vergaan zoals het Israël verging. In Psalm 106 lezen we eerst over Gods heilsdaden die Israël echter vergat. Zij meenden zijn raad niet nodig te hebben. Zij luisterden niet naar de stem van de Heer. Psalm 107 beschrijft vervolgens een hele reeks afdwalingen van het volk, maar ook de moeite die God hun aandeed om hen weer terecht te brengen. Hij bracht hen in benauwdheid opdat ze daarin tot Hem zouden roepen en Hij hen zou kunnen redden en zegenen.
Waarom? 'Omdat zij de woorden Gods hadden weerstreefd en de raad des Allerhoogsten hadden versmaad' (Ps107:1 l). En de zegen die Hij geeft na inkeer gaat altijd via het Woord, dat gaat altijd vooraf aan de genezing (vs20).

Laten wij...
Met het oog op het waarschuwend voorbeeld van het ontrouwe Israël, dat niet als Henoch met God wandelde, roept de apostel ons op: Laten we op onze hoede zijn! (Hb4: l). Denk erom dat niet iemand van jullie achterblijft. We leven in een onrustige wereld, maar laat je niet meeslepen in die onrust, want dan wandel je niet meer met God. En wanneer je niet meer met God wandelt, raak je je rust en vrede helemaal kwijt, net als het volk dat in de woestijn is omgekomen. Wees dus op je hoede; wandel met God, luister naar zijn Woord. God geeft daarin zijn raad voor de hele woestijnreis, je leven lang. En wees niet ongehoorzaam, want dan zul je niet delen in de rust van God — want Zelf heeft Hij rust gevonden in het verlossingswerk van Christus, zijn Zoon. Oók de zondaar vindt rust in Christus' verzoeningswerk, de ware plaats van volmaakte rust, en krijgt daardoor deel aan de vrede van God die alle verstand te boven gaat. Laten we dus op onze hoede zijn.
Een tweede 'laten wij' staat in Hb4:11vv.: laten we dus alles op alles zetten om te kunnen binnengaan in die rust, en zo voorkomen dat ook maar iemand dit voorbeeld van ongehoorzaamheid volgt en te gronde gaat. Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de overleggingen en gedichten van ons hart te ontleden. Niets van wat geschapen is blijft voor Hem verborgen, alles is onverhuld en volkomen zichtbaar voor de ogen van Hem aan wie wij rekenschap moeten afleggen.
Hier worden de levende God en zijn levende Woord met elkaar vereenzelvigd. Het Woord is de Spreker, Degene aan Wie wij rekenschap zullen moeten afleggen. Dat zal gebeuren aan het eind van de levensreis. Maar dat is Dezelfde God, die nu onze Reisgenoot, Gesprekspartner en Raadgever wil zijn. Hij, die ons een blik gunt in zijn hart, wil ons het verschil laten ontdekken tussen zijn en ons hart. Dat hart van ons is namelijk arglistig, onbetrouwbaar en niet te kennen. Wij moeten daarom onze gedachten, die de bron zijn van ons handelen, toetsen aan zijn gedachten, aanzijn woorden. Wij hebben zijn raadgevingen en leiding continu nodig om het rechte spoor te houden. Wanneer we in onze chaotische wereld afwijken van dat spoor, raken we verstrikt in de onrust van de wereld. Nee, we kunnen de wereld niet vermijden. We moeten er dwars doorheen, ook door de benauwdheden en angsten. Die kunnen we niet ontvluchten. We kunnen ze wel trotseren, doorstaan en te boven komen door met Hem te 'wandelen' als eertijds Henoch. Laten we dus de oproep aan de Hebreeën ter harte nemen, en alles op alles zetten om te kunnen binnengaan in die rust te midden van een wereld die op haar grondvesten wankelt. n



00000931


(C) 2005 - Alle rechten voorbehouden

Deze pagina afdrukken