U bevindt zich hier: Geloofsopbouw
terug naar: Bijbelstudies
Algemeen:
Met Pasen gedenken wij de dood van Christus en bedenken wij dat wij met Hem gestorven zijn. Het paasfeest eindigt met een jubellied omdat Christus, en wij met Hem, uit de dood zijn verrezen. Dat zijn nogal redenen om feest te vieren.
Bij het pinksterfeest geeft God aan Israël het uitdrukkelijke voorschrift dat zij vrolijk moeten zijn voor zijn aangezicht (Dt16:11); zij moeten zich verblijden. En dat mag geen wonder heten, omdat Pinksteren het feest is waarop de Israëlieten de oogst binnenhaalden in de voorraadschuren. Het doel van alle zware arbeid was bereikt. Het vrolijke feest kon beginnen. Echter, bij het christelijke pinksterfeest gaat het niet om de oogst van het land, maar om de manifestatie van de Geest op de eerste pinksterdag. En om de vrucht van de Geest zoals die daarna zichtbaar wordt in het lichaam van Christus, en in het leven van elke gelovige christen afzonderlijk.
Als de grote overwinnaar die gekroond is met eer en heerlijkheid, proclameert Christus de resultaten van zijn eenzame zware volbrachte arbeid door zijn Geest te zenden. Zijn volgelingen werden door de Geest tot één lichaam gedoopt. Ieder ontving als bewijs dat ze kinderen van God waren geworden, de Heilige Geest als zegel en als onderpand van hun erfdeel. Die Geest stelt hen persoonlijk en collectief in directe verbinding met Christus als Hoofd van het Lichaam, maar stelt hen ook als leden met elkaar in een onderlinge onverbreekbare gemeenschap.
Maar er is nog meer. Als een koning die zijn vijanden heeft verslagen, en met rijke buit van de veldslag is teruggekeerd, deelt Hij nu 'zijn buit' uit aan zijn onderdanen, die door de band van de Geest aan elkaar zijn verbonden. Het is Christus' bedoeling dat we elkaar daarmee dienen en opbouwen. Wat ze ontvangen van 'deze buit', mogen ze niet voor zichzelf, maar moeten zij ten dienste gebruiken van de ander. Dat is de verantwoordelijkheid voor de ontvanger van de gave, die hij gekregen heeft tot opbouwing van het lichaam van Christus.
Het vierde hoofdstuk van Efeze laat daar geen twijfel over bestaan. Als één lichaam hebben we een collectieve roeping, want wij hebben één God en Vader van allen, die is boven allen en door allen en in allen. Door middel van het gehele lichaam bewerkt Hij een zegen voor het ene lid, maar hij werkt ook door middel van ieder lid afzonderlijk een zegen voor de ander en daardoor een zegen voor het hele lichaam. Daarom moeten wij ons beijveren om de eenheid van de Geest te bewaren in de band van de vrede.
Christus' doel met het zenden van de Geest wordt in Ef4:15,16 als volgt samengevat: maar terwijl wij de waarheid vasthouden in liefde, in alles opgroeien tot Hem die het Hoofd is, , uit
Wie het hele lichaam samengevoegd en verbonden door elk gewricht dat de ondersteuning verleent naar de werking die elk deel is toegemeten, de groei van het lichaam bewerkt tot opbouwing van zichzelf in de liefde.'
Eén blik op de christenheid en op onszelf is voldoende om te zien dat wij dit doel hebben gemist.
Het pinksterfeest roept vragen op die we aan onszelf moeten stellen: Heeft het uitoefenen van mijn gave ertoe bijgedragen dat anderen daardoor opgegroeid zijn naar het Hoofd? Heb ik als gewricht ondersteuning verleend aan het dichtst bij mij staande lid? Heeft het lichaam van Christus 'zichzelf in liefde kunnen opbouwen' door mijn inzet?
Overal waar leden van een geloofsgemeenschap dit is gelukt, kan men toch enigszins nog met recht een vrolijk Pinksteren vieren, zelfs in de 'provincies' van onze door twisten verdeelde landkaart van kerkgenootschappen en denominaties.
Laat de hemel zo vrolijk mogen zijn over onze vruchten van de Geest! q
00001097
Ga naar: Vier melaatsen en het beleg van Samaria Waar ben ik toch eigenlijk mee bezig