Simon Streuper
Hallo Bert,
Gisteren stapten je moeder en ik op de fiets en staken de IJssel over met het pontje. Adembenemend mooi! Kronkelende dijk, ritselende populieren, luierende schapen, herkauwende koeien, statige zwanen, deftige reigers, stuntende kieviten en glinsterende waterslierten in de onvolprezen IJssel. Werkelijk als de hof van Eden. Wanneer je daar met het geluid van de Here God hoort Die daar in zijn hof wandelt, ben je stokdoof. Wij, je moeder en ik, schamen ons er niet (meer) voor dat onze ogen dan beginnen te tranen. je wordt er opgewonden van, een soort geestvervoering.
Halverwege Doesburg stapten we af. Toen een dame op de fiets langzaam naderde, sprak je moeder haar toe: ‘Af en toe moeten we even om ons been kijken naar al dat moois. ‘ZiJ stapte af en beaamde in het Duits dat zij diezelfde neiging had. Ze zocht hier de rust die ze nodig had. Drie jaar geleden was ze genezen van darmkanker, nog altijd zwak, maar ook alleen. Zieke mensen zijn immers niet meer in tel bij de gezonden. Maar hier langs de dijk is het goed, hier is rust, hier besef je dal het leven veel te snel voorbijgaat. Zij zou nog zo graag wat jonger willen zijn! Op mijn beste Duits — dat het best vergeleken kan worden met dat van Rudi Carrell’s prille Duitse carrière — heb ik haar uitgelegd dat moeder en ik daar niet echt op zitten te wachten omdat de rust en de vrede die we hier aan de lJsseldijk genieten in Gods bijzijn slechts een voorproefje is van wat ons na het sterven bij de Schepper, de Heer Jezus, wacht. Met honger in haar ogen luisterde ze, toen ik haar de weg naar die vrede en rust probeerde te wijzen en kort daarna gaf ze ons dankbaar een hand ten afscheid en vertrouwde ons toe, dat ze verder moest omdat ze niet tegen opwinding kan. Haar bloeddruk loopt dan al heel gauw op tot tegen de 220 en dat is niet zo goed voor haar lichamelijk welzijn. In ieder geval heeft zij kennelijk ook iets van diezelfde opwinding, die iets van geestvervoering weg heeft, ervaren.
Wanneer de fietsen weer in de schuur staan en wij de dag de revue laat passeren, kruipt weer diezelfde ervaring van opwinding bij ons naar boven. De verbazing over de God die wij als Schepper, als Vader en als onze Leidsman mogen kennen en die ons door zijn Geest leidt naar de raad van zijn wil, om te doen wat Hij ‘van te voren bereid heeft opdat wij daarin zouden wandelen’. Dat gebeurt óók wanneer jouw moeder voorstelt een fietstochtje over de 1Jsseldijk te maken.
Ons dagelijkse leven met God
Bert Streuper
Ha pa, da’s een mooi verhaal; God en geloof geíntegreerd in het leven van alledag. We ontmoeten God niet alleen in de Bijbel, in ons gebed en in onze samenkomsten, maar mogen ook iets van de Allerhoogste zien in herkauwende koeien, statige zwanen en stuntende kieviten. Ik zou nog wat vaker stil willen blijven staan, om mij heen willen kijken, en God nog meer gaan zien en horen in de dingen om mij been. Ook ik kan dan tranen in mijn ogen krijgen bij het zien van al dat moois. Was het Toon Hermans niet die eens dichtte:’Ik wil Hem zien in alle dingen, en niet alleen wanneer ik bid, ook wanneer ik sta te zingen, of achter mijn piano zit?’ Mooi gezegd!
Toch staan christenen met echt bekend als levensgenieters – integendeel zelfs. De Duitse filosoof Nietzsche moet ooit eens hebben gezegd dat hij misschien in een Verlosser zou hebben geloofd wanneer de christenen er wat verloster zouden uitzien. Mogelijk hebben we nog te vaak de neiging om een oneigenlijke scheiding aan te brengen tussen het aardse en het hemelse, het lichamelijke en het geestelijke. Waarbij dan meestal een te grote nadruk komt te liggen op het geestelijke – wat beslist geen geestelijke houding is! – en het aardse wordt dan ondergewaardeerd. We zijn daar, vermoed ik, meer mee besmet dan we doorhebben. Terwijl dat toch echt met Bijbels is. We weten van Gods heerlijkheid in al het geschapene, maar onze instelling ten opzichte van het aardse en het lichamelijke is daar vaak mee in strijd. Zo zijn er nog altijd echtparen die niet volop durven te genieten van bun seksualiteit, omdat ze denken dat het ongeestelijk zou zijn. Een droevig misverstand. Veel gelovigen gaan zich – met
mij! – schuldig voelen wanneer ze twee weken lang geen ‘stille tijd’ hebben gehad. Terwijl we zonder een spoor van schuldgevoel jarenlang in mindere of meerdere mate ons lichaam verwaarlozen, door te weinig beweging en te veel en te vet te eten. Onbewust denken we nog steeds dat het geestelijke het allerbelangrijkste is en het lichamelijke van minder belang. En dat terwijl de Bijbel ons erop wijst dat ons lichaam een tempel is van de Heilige Geest! En op een andere plaats roept Paulus mensen op om alles (eten, drinken, fietsen, voetballen, bidden, Bijbelstudie enz.) tot heerlijkheid van God te doen! Wie dat serieus neemt, gaat nog meer genieten van het alledaagse gewone. Anders gezegd, die weet dat al dat ‘gewone’ zeer bijzonder is en mogelijkheden geeft om God overal in te ontmoeten en Hem te aanbidden. Dat is genieten!
Ik hoop dat die Duitse dame ook aangeraakt gaat worden door God. Misschien dat ook zij in al het schoons rondom de IJssel en daarbuiten – en in Jezus Christus! – de heerlijkheid van de Schepper gaat zien en Hem daarmee gaat verheerlijken.
Het is nu 21.00 uur en nog mooi weer. Ik ga nog even wandelen met uw schoondochter. Daarna ben ik van plan om nog een heerlijk flesje wijn te ontkurken.
Proost!